"Al mijn onderzoek gaat over het inclusief maken van toerisme"

Onderzoeker Marco Scholtz wil toerisme toegankelijk maken voor iedereen

De hele wereld zien voor hij sterft, dat is de levensmissie van Marco Scholtz, onderzoeker en sinds een jaar bij Thomas More-hogeschool aan de slag. Hoeft het te verbazen dat toerisme zijn onderzoeksdomein is?

Begin maart 2020 landde je op Zaventem. Enkele dagen later ging het hele land in lockdown. Een vreemde manier om een nieuwe baan te starten…

'(Lacht) Dat kan je wel zeggen! Toen ik in Zuid-Afrika vertrok, verbaasde ik mij nog over al die mensen die met mondmaskers rondliepen! Ik kwam aan op zondag, begon te werken op maandag en op woensdag kregen we te horen dat we van thuis moesten werken… Dat was zo vreemd! Ik ontving mails van mensen die mijn collega’s zijn en die ik niet kende! Sommigen heb ik nog steeds niet in levenden lijve ontmoet.

Waarom verhuisde je van het zonnige Zuid-Afrika naar hier?

Toen ik voor het eerst naar Europa reisde in 2011 werd ik verliefd op de Europese manier van leven. Dat gevoel werd nog sterker nadat ik in 2016 Nederland bezocht. Ik voelde mij meteen thuis en toen wist ik het zeker: ik wil naar Europa. Mijn partner zag dat gelukkig ook zitten. Hij had als eerste een job hier. (Lachend) Voor mij heeft het iets langer geduurd.

Er waren natuurlijk meer redenen. Zoals het vele geweld en de criminaliteit in Zuid-Afrika. Zowel ikzelf als mijn familie zijn daarmee geconfronteerd en op de duur leef je continu in angst omdat er altijd en overal iets kan gebeuren. Bovendien ligt werkzekerheid in Zuid-Afrika moeilijk. Er bestaat zoiets als ‘racial quotas’. Ik had wel een vaste baan aan de universiteit, maar mocht ik die om de een of andere reden verliezen, zou ik daardoor wellicht geen job meer vinden. Alles bij elkaar heeft dat ons doen besluiten om te verhuizen. België is ​ echt een heel comfortabele plek om te wonen.

Toerisme is jouw onderzoeksdomein. Hoe ben je daarin gerold?

Ik ben met onderzoek begonnen tijdens mijn honours degree. Toen ben ik me volledig gaan focussen op toerisme. In Zuid-Afrika lag de klemtoon van mijn onderzoek op de sociale impact van toerisme. We deden bijvoorbeeld research voor verschillende Nationale Parken. In Zuid-Afrika leven veel mensen in grote armoede en zo’n natuurpark kan pal naast een sloppenwijk liggen. Toeristen logeren in luxueuze lodges en aan de overzijde van de straat wonen mensen in krotten. Hoe overbrug je die kloof? We onderzochten dat en formuleerden aanbevelingen: geef mensen die in de omgeving wonen werk in het park, serveer in de restaurants traditionele gerechten bereid door mensen van de lokale gemeenschap, zorg voor opleiding en scholen… Dat hebben we onder andere gedaan voor het Kruger National Park met als resultaat dat daar nu een soort van vreedzame co-existentie bestaat tussen het park en de plaatselijke bevolking.

Waarin verschilt je huidige onderzoek van het voorgaande?

Het heeft een ander accent. Ik ben hier begonnen met een duurzaamheidsproject: hoe kunnen de Mechelse musea duurzamer gemaakt worden? Dat thema was totaal nieuw voor mij. Een ander project gaat over het ontsluiten van ‘ontastbaar’ cultureel erfgoed. Meestal draait toerisme om tastbare dingen: historische gebouwen, een vaas op een sokkel, een schilderij aan de muur… Maar het verhaal en vooral de emoties die daarbij horen, die krijg je niet of nauwelijks mee. Wij onderzoeken hoe je dat zichtbaar maakt, zodat bezoekers dit kunnen ervaren.

Verder ben ik voor België de manager van een Erasmus+ project waarin we onderzoeken hoe je musea en andere toeristische attracties toegankelijk kan maken voor mensen met een mentale beperking. Welke informatie hebben zij nodig? Hoe moet de ontvangstruimte eruitzien? Kan de website worden opgebouwd zodat ook zij die kunnen raadplegen? Hoe leid je deze mensen door het museum? Moeten we felle kleuren gebruiken? Of pictogrammen? Al dat soort zaken.

Corona heeft het toerisme en met name de reissector zwaar getroffen. Zal het deze crisis overleven?

Zeer zeker! Juist door corona hunkeren mensen er nu naar om weer te reizen. Vooral diegenen die gewoon konden blijven werken. Zij hebben wat geld opzijgezet en staan nu te popelen om te vertrekken. Ik ook. Ik kijk er zo naar uit om weer naar Zuid-Afrika te reizen! Het is nu meer dan een jaar geleden dat ik mijn familie heb gezien. Ik mis hen en onze honden, want die zijn nog steeds daar. We wilden ze in mei vorig jaar ophalen, maar helaas kon dat niet.

Ik had ineens dat brandende verlangen om de hele wereld te zien voor ik sterf. Dat is mijn levensmissie.

Ben jij een globetrotter?

Absoluut. Reizen is een passie. Daarom vind ik die coronatoestand ook zo deprimerend. In Zuid-Afrika waren we elke twee weken wel eens weg in het kader van ons onderzoek. Naar Kaapstad, naar het Kruger National Park, zelfs naar Mozambique… De laatste tien jaar waren voor mij als een soort van permanente vakantie, een werkvakantie (lacht).

De eerste keer dat ik geconfronteerd werd met een andere cultuur was in Lesotho. Hun manier van kleden is zo anders. Zij dragen geen gewone kleren maar dekens. Dat was al een shock voor mij. Later reisde ik naar Maleisië en dat was pas écht een cultuurshock. Het was zo scary die eerste dagen… en juist daarom ook avontuurlijk. Vanaf dat moment had ik de smaak goed te pakken, ik wilde meer zien en beleven. Ik had ineens dat brandende verlangen om de hele wereld te zien voor ik sterf. Dat is mijn levensmissie. Gewoon alles zien en ervaren, nieuwe gerechten proeven, mensen en hun vreemde gewoonten leren kennen…

Waar ben je het meest trots op?

Als ik zie hoe men met onze aanbevelingen aan de slag is gegaan… Ik heb bijvoorbeeld research gedaan en een rapport geschreven voor het Mountain Zebra National Park, met concrete adviezen. Twee jaar later bezocht ik het park en kon ik zien dat ze die aanbevelingen hebben doorgevoerd. En dat dit door de bezoekers werd geapprecieerd. Natuurlijk staat mijn naam nergens vermeld, maar je weet dat je daaraan hebt bijgedragen. Dat maakt me trots.

Zien hoe een nationaal park met je adviezen aan de slag gaat, en dat dit door de bezoekers wordt geapprecieerd. Het maakt me trots om daaraan bij te dragen.

Je huidige onderzoek, zal dat een verschil maken voor gewone mensen?

Dat hoop ik toch. Anders zou ik er niet aan beginnen. Ik wil alleen deelnemen aan onderzoek dat echt een verschil maakt. Eigenlijk gaat al mijn onderzoek, direct of indirect, over het inclusief maken van toerisme, het voor meer mensen toegankelijker maken. Zoals voor mensen met een mentale beperking. Dat betekent niet noodzakelijk dat je dit zal opmerken in een museum, het betekent vooral dat de hele museumervaring toegankelijker is voor iedereen.

Op dit moment bereiden we een nieuw project voor om cultureel erfgoed te digitaliseren. Het erfgoed van een land behoort toe aan de bevolking van dat land, het is een deel van jou als mens, deel van jouw geschiedenis. Maar als je verhuist of in een lockdown zit, heb je geen toegang meer tot dat erfgoed. Daarom willen we het digitaal ontsluiten, opdat mensen hun eigen erfgoed niet zouden vergeten. Dat bredere plaatje, dat is voor mij belangrijk.'

dr. Marco Scholtz

dr. Marco Scholtz

Onderzoeker en docent Innovatief Toerisme, Thomas More Research

 

 

Persberichten in je mailbox

Door op "Inschrijven" te klikken, bevestig ik dat ik het Privacybeleid gelezen heb en ermee akkoord ga.

Over Thomas More Research

Binnen Thomas More-hogeschool doen we aan praktijkgericht onderzoek. Hiermee ontwikkelen we nieuwe kennis, inzichten en innovatieve producten of diensten. We passen wetenschappelijke kennis toe in specifieke professionele situaties en stimuleren op die manier innovatie bij bedrijven en in de maatschappij.